Eind april 1930 werd het vierde grote bioscooptheater in Groningen geopend: het Grand Theatre aan de Grote Markt. Op het gebouw, naar een ontwerp van architect G.Saville, viel veel aan te merken. Het aanzicht vonden de Stadjers maar niets. In de pers werd zelfs gesproken van een grote grijze steenklomp. Eenmaal binnenin het theater kon men zich vergapen aan de prachtige decoraties die op het plafond en wanden waren aangebracht, de schitterende wandverlichting en de beroemde koperen ganzen die aan de zijkant van het toneel en boven het balkon hingen. Deze ganzen werden na een interne verbouwing van Grand in 1949 geplaatst. Tot de sluiting van Grand in 1977 is de zaal, met ruim 900 zitplaatsen, onveranderd gebleven.
Het rood/gouden voorgordijn schoof niet zoals in de meeste theaters naar links en rechts open, maar werd door een vernuftig systeem omhoog getrokken. Ook het filmscherm kon in de toneeltoren omhoog getrokken worden want het Grand Theatre bracht ook varieté tijdens de voorstellingen. Beroemd zijn de 28 augustus voorstellingen in Grand met Herman Rinket’s varieté waarbij nationale topartiesten hun acte de présence gaven. Maar niet alleen tijdens 28 augustus, ook tijdens de meikermis werden er ’s avonds toneelvoorstellingen op het podium van Grand zoals “Rooie Sien”, “Potasch en Perlemoer” en kluchten met de destijds populaire acteur Johan Kaart gegeven.
Het Grand Théâtre werd geopend met een feestelijk programma. Als eerste hoofdfilm stond “Haar Hoogste Verlangen” met Olga Tschechowa op de rol. Tijdens de pauze stond de beroemde conferencier Alex de Haas op het toneel. Na de pauze volgde het tweede hoofdnummer: “Helden der Lucht”. Lang heeft Grand geen “stomme films” vertoond. Bijna alle theaters gingen in augustus 1930 over op geluidsfilm (behalve het Beurs theater, die volgde in 1932). De eerste geluidsfilm die Grand vertoonde was de muzikale film “Ich glaub nie mehr an eine Frau” met Richard Tauber in de hoofdrol. In 1953 kwam Grand als eerste in Groningen met 3D filmprojectie. Warner Bros bracht in dat jaar de 3D film “House of Wax” uit met Vincent Price in de hoofdrol. De film werd geprojecteerd met 4 projectoren.
Telkens liepen er 2 machines gelijktijdig waarvan de beelden over elkaar heen werden geprojecteerd. De bezoekers moesten, om het 3D effect te zien, een gepolariseerde bril opzetten (de film was in kleur). Beroemd is de scène waarbij een man ping pong balletjes de zaal in slaat. Na de voorstelling moesten de mensen de brillen weer inleveren die daarna ontsmet werden.
In de zomer van 1965 kreeg het Grand Theatre 70 mm. projectieapparatuur en stereofonisch geluid. Stereo was trouwens al eerder in het Grand Theatre te horen d.m.v. een Perspecta Sound installatie. De eerste film die met het 70 mm TODD AO systeem werd vertoond was de succesvolle musical “My Fair Lady” met Audrey Hepburn en Rex Harrison. Het verhaal van een arm bloemenmeisje dat wordt opgeleid tot een dame van de high-society. Bij dit soort grootbeeld projectie werd het bovenste kaderdoek 50 cm opgetrokken zodat het scherm een formaat had van 4,8 meter hoog en 9 meter breed. Verdere grote successen op 70 mm waren voor Grand o.a.: “Dr.Zjivago” en “Battle of the Bulge”.
Mijn eerste bioscoopervaringen heb ik Grand opgedaan. Als klein jochie met Tante naar “Dik Trom” en op latere leeftijd naar de Elvis Presley films die vaak in Grand werden vertoond. Problemen waren er als je naar een film van 14 jaar en ouder wilde gaan. Dan moest je als jochie langs Japie, de portier. Als die je betrapte werd je het theater uitgezet! Grand had qua films de keuze uit het aanbod van Warner Bros en City film (die de rechten had van o.a. de MGM films). Daardoor kon men uit een kwalitatief goed produkt kiezen. Door het City film pakket vertoond Grand ook alle Disney films: van “Herbie, the love bug” tot de laatste Disney productie die in Grand te zien was “Merlijn de Tovenaar”. Enkele aardige annecdotes die mij verteld zijn: de operateur van Grand, dhr. Hollander, keek altijd vanuit zijn cabine op de klok van de Martinitoren om te zien wanneer de voorstelling moest beginnen. Het zal ongetwijfeld waar zijn, want de cabine had inderdaad zicht op de Martinitoren. Ook gaat het verhaal rond dat een journalist van het toenmalige Nieuwsblad van het Noorden tijdens de persvoorstelling van “The Exorcist” zich rot was geschrokken. Niet vanwege de film, maar vanwege het poedeltje van Mevr. Stel-Evenhuis. Het poedeltje was tijdens de persvoorstelling even aan de aandacht van Mevr. Stel-Evenhuis ontsnapt en de zaal ingelopen. Daar liep het hondje tussen de rijen door en langs de benen van de journalist. Die schrok zich rot toen hij iets harigs langs zijn benen voelde gaan. Mevr. Stel-Evenhuis leidde het Grand Theatre van 1970 tot 1976 samen met haar dochter Nanette Stel. Zijn deze anecdotes waar of nietwaar? Wie zal het zeggen.
Ook beroemd zijn de nachtvoorstellingen van Grand. “Kat op een heet zinken dak” met Elizabeth Taylor liep ruim 2 jaar in de nacht. Ook mogen we in dit kader de film “Belle de Jour” met Catherine Deneuve niet vergeten. Een voor die tijd (rond 1968) schokkende film over een vrouw die zich over geeft aan vreemde dromen en seksuele fantasieën. Ook deze film prolongeerde maanden lang in de nachtvoorstellingen van Grand.
In de jaren zeventig kreeg het Grand Theatre het steeds moeilijker. Op een gegeven moment kon het theater de filmhuur niet meer opbrengen (althans zo gaan de verhalen). De laatste film die in het eens zo beroemde theater werd vertoond was “Speedtrap” met in de matinee “Merlijn de Tovenaar”. Die laatste film heeft nog weken na de sluiting in november 1977 op de gevel van het theater gestaan. Na de sluiting van Grand werd de hele technische installatie verkocht aan de heer Milius van het Centrum Theater in Sappemeer. De twee gecombineerde 35/70 mm projectoren hebben daar nog jaren dienst gedaan. De twee oude Gaumont Kalee projectoren werden ter decoratie op het toneel van het Centrum Theater gezet.
In 1980 werd het theater gekraakt. In 1992 werd het theater op de gevel na (de voorgevel is een Rijksmonument) tegen de vlakte gegooid en opnieuw opgebouwd om het tot een alternatief theater voor toneel, dans, muziek en andere cultuuruitingen te maken. Tot op de dag van vandaag staat de oude gevel van het Grand Theatre nog fier op de Grote Markt, alleen worden er geen films meer vertoond.