Echte buurtbioscopen heeft Groningen bijna niet gehad. Dit in tegenstelling met bijvoorbeeld Amsterdam waar bijna elke wijk wel een bioscoop had. De eerste echte buurtbioscoop in Groningen was te vinden in de Oosterpoort wijk, op de hoek van de Oosterweg en Parklaan. Daar was café Parkzicht gevestigd die in 1912 een vergunning aanvroeg om een bioscoop te mogen exploiteren. Volgens de openingsadvertentie ging Bioscoop Parkzicht op 11 december 1912 open. Men kondigde de “allernieuwste films” en “schitterende programma’s” in “doorloopende demonstraties” aan. De entreeprijzen waren bijzonder laag: 10 cent. Gereserveerde plaatsen kostten 15 cent en wilde men echt luxe zitten dan kocht men voor 20 cent een loge kaartje. Aan de prijzen heeft het dus niet gelegen dat het theater na een jaar al weer gesloten werd. Van de bioscoop heeft men nooit meer iets vernomen.
In 1917 duikt er een vreemde eend in de Groninger bioscoopwereld op: “De Witte Bioscoop ‘Filadelfia’ op het Schuitendiep 79 waar “films onder controle van den Haagschen Keuringsdienst” werden vertoond”. De naam “Witte Bioscoop” sloeg niet op het feit dat men daar voor een prikkie naar de film kon gaan, maar dat er films vertoond werden met een christelijke (lees vrij van prikkelende beelden) achtergrond. Pardon? In die jaren was de kerk sterk tegen de vertoning van “de zedenloze en sensatie beluste films” die in de gewone bioscopen vertoond werden. (Zie ook “Filmkeuring” in de rubriek “Het Bioscoopprogramma”). Tijd dus voor een bioscoop die uitsluitend gecontroleerde familiefilms zonder prikkelende beelden vertoonde. Laten we zo’n programma eens bekijken. Als openingsnummer is er het “Oorlogsjournaal” (het is 1917 en de Eerste Wereldoorlog woedde), gevolgd door de korte komedie “Max en Jeane willen aan het toneel”, een kort drama “Het Trouwkleed”, een natuurfilmpje, en de korte films “Een grenadier van Napoleon”, “In Levensgevaar” en “Zonder testamentaire beschikkingen”. Entreeprijzen 20 cent en 30 cent. Op zondag is het theater (natuurlijk) gesloten.
Maar de films “die geen enige hartstocht zouden kunnen opwekken” liepen niet. De mensen bleven weg. In 1918 werd de bioscoop weer gesloten en moesten de mensen weer naar “de poel des verderfs”: de gewone bioscopen.
Nog eenmaal duikt een buurtbioscoop in de analen van de Groninger Bioscopen op: het Flora Theater, welke gelegen was in de Nieuwe Ebbingestraat. In 1931 geopend en ook in 1931 weer gesloten. Flora vertoonde nog “stomme” films terwijl de grote bioscopen in de binnenstad allemaal al geluidsfilms vertoonden. Het is dus geen wonder dat het Flora Theater slecht liep en binnen de kortste tijd weer gesloten werd.
Voor zover ik heb kunnen nagaan zijn er daarna geen pogingen meer ondernomen om een buurtbioscoop te openen. Heel bijzonder was nog wel de huiskamerbioscoop van Nico Kuizenga aan het Nassauplein. In de jaren zeventig had deze filmfreak zijn huiskamer omgebouwd tot bioscoopje waar eenmaal per week 16mm films werden vertoond. Het was de laatste keer dat men trachtte buiten het centrum bioscoopvoorstellingen te geven.
Afdrukken advertenties uit “80 jaar Bioscopie in Groningen”.